De koffers met cadeautjes staan boven al klaar voor de reis die Adrie en Ellis binnenkort hopen te maken. Of eigenlijk: ze staan nog steeds klaar. Want het stel uit Arnhem zou in maart 2020 afreizen naar Afrika om in verschillende landen meerdere sponsorkinderen te bezoeken. Maar op de dag dat ze in het vliegtuig hadden moeten zitten, ging de eerste lockdown in vanwege de coronapandemie. Hun eerste sponsorkind, de inmiddels vijftienjarige Miriam, kon toen al bijna niet wachten om Adrie en Ellis weer te ontmoeten. Sindsdien vroeg ze talloze keren: ‘’Wanneer komen jullie nou?”

Adrie en Ellis kunnen zelf ook nauwelijks meer wachten. Ze gaan voor het eerst namelijk Miriams jongste broertje Stephano ontmoeten, ook hem ondersteunen ze. Het komt niet vaak voor dat twee kinderen uit één gezin in een project van Compassion zijn opgenomen. Vanwege de armoede waarin dit gezin leeft, werd een uitzondering gemaakt en mochten Adrie en Ellis hem ook sponsoren. In een van de koffers zit een voetbaltenue met zijn naam erop. Dat krijgt overigens wel een andere bestemming, want hij is de babymaat van het setje al lang ontgroeid.

Spagaat tussen safari en armoede

Hoe ze ooit bij hun sponsorkinderen in Afrika terechtkwamen? Een reis in 2013 bracht het balletje aan het rollen, maar toen hadden ze geen idee dat ze zo verknocht zouden raken aan het continent en de bevolking. “We maakten met onze zoons een reis naar Tanzania, ter ere van ons 25-jarig huwelijk,” begint Adrie. “Het was een gewone vakantietrip, met een safari en andere toeristische uitstapjes. Wat we vooraf totaal niet hadden bedacht, was dat Tanzania zo’n arm land was. We gingen tijdens onze reis op bezoek in een dorpje, waar we een kijkje mochten nemen bij mensen thuis. Echt, ik dacht dat het leven daar in scène was gezet. Dat mensen zo arm zijn, bestaat toch niet meer? Het bleek de realiteit. Later ontdekten we dat het niet eens het armste van het armste was wat we daar zagen.” Ellis vult aan: “We voelden ons tijdens die reis in een spagaat. We wilden genieten, maar konden onze ogen niet sluiten voor de armoede die we zagen. We liepen tijdens onze reis al met de vraag rond of we misschien iets konden doen om de bevolking te helpen. We legden die vraag neer bij onze gids, maar die wuifde hem eigenlijk een beetje weg.”

Sponsors Adrie en Ellis van der Have.

Eerste sponsoring

Hoe bijzonder de gezinsreis ook was, de vakantie laat ook een gevoel van onbehagen na bij het echtpaar van der Have. En dan zitten ze de eerste zondag na terugkeer in hun eigen kerk. Tiemen Westerduin spreekt, die toen nog werkzaam was bij Compassion. “We hadden nog nooit van Compassion gehoord, maar we voelden direct: zo kunnen we iets betekenen. Aan het einde van de dienst hadden we ons eerste sponsorkind: Miriam. Uit Tanzania. We hadden goed gekeken naar de plek waar ze woont: dicht bij een vliegveld. Want we dachten toen al: stel je voor dat we ooit weer die kant op reizen, dan moeten we gemakkelijk bij haar kunnen komen.”

Verantwoordelijkheidsgevoel

Dat bezoek laat niet eens zo lang op zich wachten. Als ze anderhalf jaar sponsor zijn van Miriam, worden Adrie en Ellis uitgenodigd om mee op sponsorreis naar Tanzania te gaan. Daarna reizen Adrie en Ellis gemiddeld elke twee jaar af naar Afrika om hun sponsorkinderen te ontmoeten. Miriam is dan al niet meer de enige. Naast Tanzania sponsoren ze kinderen in Uganda, Kenia en Rwanda. “We voelen ons verantwoordelijk voor alle kinderen die we sponsoren en willen daar net zo goed voor zorgen als voor onze zoons.” Daarom hebben Adrie en Ellis vast laten leggen in hun testament dat een door hen bepaald bedrag na hun overlijden naar hun sponsorkinderen gaat. Zodat ze in het programma van Compassion kunnen blijven tot ze op eigen benen staan.

‘Onze sponsorkinderen zijn ons heel dierbaar’

Goed geregeld

De urgentie om een testament op te stellen, voelden Adrie en Ellis toen ze plannen hadden om hun eerste reis met Compassion te maken. “Ik had vlak daarvoor meegemaakt dat een klant van ons overleden was, die niets had vastgelegd. Hij had een eigen bedrijf met personeel. Zij konden na zijn overlijden niet worden ontslagen, maar kregen ook niet meer uitbetaald,” vertelt Adrie. “Toen besefte ik: ik wil niet dat mijn nabestaanden dit meemaken. We wilden het bovendien goed geregeld hebben voor onze zoons. Al vrij snel kwam toen ook de vraag boven: maar wat betekent dit dan voor onze sponsorkinderen?”

‘Ik kan je niet meer laten gaan’

“Voor ons is het praten over een testament doodnormaal,” zegt Adrie, waarna hij in de lach schiet om de woordspeling die hij onbewust maakt. “We zijn nuchter, we wilden dit geregeld hebben. De tijd dat je er niet meer bent, komt toch wel. Dan kun je er maar beter goed op voorbereid zijn.” Ellis: “Waarom zou je die voorbereiding niet treffen? Onze sponsorkinderen zijn ons heel dierbaar.” Ze moet denken aan een lied van de Australische zangeres Brooke Fraser. Zij bezocht haar sponsorkind uit Rwanda en schreef daar een lied over. Het refrein echoot nog vaak na in Ellis’ gedachten.

Now that I’ve seen
I am responsible
Faith without deeds is dead
Now that I’ve held you in my own arms,
I cannot let you go

Ellis: “Nu ik je met mijn eigen armen heb vastgehouden, kan ik je niet meer laten gaan. Zo voelt het voor mij ook. Waarom zouden we hen bij leven wel steunen en als we sterven niet meer? We hebben zo’n band met ze opgebouwd, voor ons zou het raar zijn niets voor hen achter te laten na ons overlijden.”

Ben je geïnspireerd door dit verhaal en wil je weten wat het betekent om een goed doel als Compassion op te nemen in je testament?


Foto’s Adrie en Ellis: Willem Jan de Bruin Fotografie