De man van Kohima behoort tot de Kock-gemeenschap. En volgens de gebruiken van de Kock moeten vrouwen met rust gelaten worden wanneer ze bevallen van een kind. Het wordt als een schande gezien als een vrouw ondersteuning krijgt bij een bevalling of zelf om hulp vraagt. Dit maakt de situatie van Kohima ingewikkeld. Als de bevalling niet goed gaat, weet Kohima haar moeder Minita te overtuigen om hulp te halen. Minita ziet dat haar dochter vreselijke pijn leidt, grijpt in en doorbreekt zo eeuwenoude tradities. Omdat niemand in de familie een telefoon heeft, rent ze zo snel als ze kan naar het huis van een Compassion-medewerker in de buurt om te kunnen bellen. Wanneer ze aankomt belt ze onmiddellijk naar Rinika, de projectmedewerker die verantwoordelijk is voor het Moeder- en babyprogramma.

Goede voeding en controles

Gelukkig heeft Kohima zich tijdens de zwangerschap aangemeld bij het Moeder- en babyprogramma van het plaatselijke Compassion-project. Daardoor kreeg ze goede voeding en bezocht ze regelmatig de dokter voor controles. Zo is Kohima de eerste in haar familie die een echo krijgt van haar baby.

Kohima uit Bangladesh staat voor een rivier.

Het Moeder- en babyprogramma geeft kwetsbare moeders en kinderen een gezonde start.
Onder andere door:

  • Toegang tot verloskundige hulp en gezondheidszorg;
  • Extra eten en voedingssupplementen;
  • Hygiëneproducten, dekens en andere benodigdheden voor de baby;
  • Bezoek aan huis bij de moeder;
  • Opleiding voor de moeder zodat zij een inkomen kan verdienen;
  • Bijeenkomsten op het Compassion-project waar de moeder steun en vriendschap krijgt van andere moeders.

Een bevalling begeleiden via de telefoon

Rinika is die ochtend de stad uit, maar ze neemt direct de telefoon op en luistert naar Minita die buiten adem en in paniek uitlegt dat de bevalling van haar dochter niet goed gaat. Kalm en professioneel stelt Rinika moeder en dochter gerust. Ze praat Kohima door de bevalling heen, waarna de jonge moeder een prachtige zoon ter wereld brengt. Hij krijgt de naam Joy. Ook na de bevalling van het jongetje blijft Rinika aan de telefoon om Kohima te begeleiden bij het bevallen van de placenta.

Even slaat de paniek weer toe bij de jonge moeder als dit haar niet lukt. Rinika belooft haar op te halen en naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis te brengen, 45 kilometer verderop. Het kost Rinika enkele uren om daar te komen, maar na de behandeling mag Kohima 24 uur later naar huis.

Kohima uit Bangladesh zit op de grond met haar ouders en zoon Joy.
Kohima met haar ouders en zoontje Joy.

Afwijzing

Dat Kohima hulp heeft gezocht is uniek in haar gemeenschap. Het is gebruikelijk dat vrouwen zichzelf moeten zien te redden bij de geboorte van hun kind. Dit zorgt vaak voor langdurige lichamelijke klachten en heeft soms zelfs de dood als gevolg. Daarnaast zijn veel vrouwen bang dat ze een keizersnede nodig hebben als ze naar het ziekenhuis gaan. Iets wat moeders in armoede zich simpelweg niet kunnen veroorloven.

Kohima is dolblij dat ze samen met haar zoon gezond terugkeert naar haar dorp. Maar daar krijgt de jonge moeder te maken met sociale afwijzing. Ze heeft zich niet aan de traditie gehouden en dat nemen de dorpsbewoners haar kwalijk. Ze zien het als een schande dat Kohima hulp heeft gekregen bij haar bevalling.

Hulp voor moeder en baby

De kleine Joy is inmiddels twee jaar oud en een gezonde peuter. Ondanks de afwijzing kijkt zijn moeder dankbaar terug op zijn geboorte. Kohima: “Als Compassion er niet was geweest, dan denk ik dat ik het niet overleefd had.” In de Koch-gemeenschap is ze inmiddels een voorbeeld dat vragen om hulp bij een bevalling levens kan redden. Via het lokale Compassion-project is de hulp dichtbij.

De medewerkers van het Moeder- en babyprogramma houden altijd rekening met de gebruiken in de gemeenschap, maar de veiligheid van de moeders en hun baby’s is hun hoogste prioriteit. Dat is niet makkelijk: de moeders moeten ervan overtuigd worden dat bepaalde traditionele gebruiken moeder en kind in gevaar kunnen brengen. Een belangrijke rol daarin speelt de zorg en voorlichting die de vrouwen krijgen. Om goede medische zorg te garanderen, moeten de moeders één keer per week naar het project komen. Ze leren daar over prenatale en postnatale zorg. Na de bevalling krijgen de moeders les over verzorging en ontwikkeling van kinderen.

Kohima uit Bangladesh samen met haar man en zoon Joy.
Joy met zijn trotse ouders.

Bron: fotojournalist J. Sangma uit Bangladesh.